De M van Moltenbajk en Monoski

Zienderogen verdwijnt de sneeuw hier in de Yukon Territory. Steeds meer komen de paadjes vrij die urenlang plezier garanderen op het stalen ros. En toch is het ondertussen slechts anderhalf uur rijden tot een prachtige bergpas waar ik me zelfs eind april nog aan prachtige toerski-avonturen kan wagen. Al is het aangeraden om geen ski kwijt te spelen in de afdaling.

Breek de stilte

Het is wat schandalig hoe lang het stil is gebleven op deze blog. Familie maakt zich ondertussen vast zorgen, fans van mijn schrijfstijl vertonen afkickverschijnselen en reislustige zielen vragen zich misschien af of mijn busje ergens gecrasht is. Om nog maar te zwijgen van de volgers die eigenlijk enkel foto’s van mijn viervoeter willen zien verschijnen.

Ik kan eenieder grotendeels geruststellen: ik leef nog, heb het hier over het algemeen geweldig naar mijn zin en verken Yukon met busje, fiets, ski’s, stapschoenen en vaker en vaker zelfs zonnebril. Vega – de viervoeter – doet het even wat rustiger aan omdat het scherpe ijs van een bevroren meer haar pootjes hebben beschadigd (en dat enthousiast beest dat natuurlijk pas doorheeft wanneer de pootjes bloeden en ik haar terug naar de campground kan dragen). Dat schattige busje uit 1985 wordt echter meer en meer de doodskist waar alle onderdelen nagels zijn, want ook nu heb ik de tijd en wifi om te schrijven omdat ik moet wachten terwijl het busje weeral eens gerepareerd wordt. Ik probeer zoveel mogelijk zelf op te lossen, maar soms is een garage de enige optie. “Alles komt altijd goed, het kost alleen wat meer tijd, moeite en geld.”

Three makes a crowd

Eind januari kwam ik aan in Whitehorse, “Capital of the Yukon”. Wie mijn Instagram volgt, zag misschien al dat ik een vergelijking maakte tussen de grootte van België en die van Yukon. Om het te verwoorden: België is nét iets groter dan wat ze hier als de “Whitehorse area” zien, dus wat wij Brussel zouden noemen als het ware. Gooi daarbij dat Whitehorse area 35.000 mensen telt en België 11.350.000 in datzelfde gebied propt en je begrijpt vast waarom ik hier graag ben. Weg van de drukte, temidden van de natuur en toch nog dicht genoeg bij beschaving om af en toe wifi, koffie en een beter maal dan mijn kampvuurstoofpotjes op te zoeken.

Al mijn nieuwe Yukonvrienden hebben minstens één hond.

De verborgen paden van Whitehorse

Bovendien valt het me op dat hier zo veel prachtige opties zijn, zo dicht bij de stad. Waar mijn bus enkele maanden rechtsomkeert moest maken omdat de wegen niet onderhouden werden en de sneeuw alles wat niet 4×4 is onmogelijk maakte, komen nu steeds meer prachtige gebieden, fenomenale bergen vol mountainbikepaden en campgrounds temidden van overheerlijke natuur boven. Kampeertripjes waar ik als Belg jaloers op zou zijn, kunnen hier spontaan en last minute beslist worden. “Hey gaan we morgen kamperen aan Kusawa Lake?” (Wat blijkbaar uitgesproken wordt als KOEsewa, en niet kuSAAwa) “Ok klinkt goed, hoe laat pik ik je op?” Maar ook “Hey zin om morgen te mountainbiken?” “Zeker! Maar moet jij niet werken?” “Ja hoor, ik ben vrij om 18u dus om 18u30 aan Mount Mac?”

Twee maanden geleden kroop ik om 16u al terug in mijn busje omdat het donker, koud en soms zelfs lichtelijk deprimerend werd. Vandaag kan ik gaan fietsen of wandelen tot 22u ’s avonds om dan pas een laat avondmaal te bereiden en voldaan mijn bed in te kruipen.

You know nothing, Jon Snow

Na een namiddag mountainbiken in T-shirt is het niet meer dan logisch dan een toerski-dagtrip te plannen, toch? Dus ja hoor, de dag erop trok ik er met Miriam, een lokale outdoorenthousiasteling, voor een dag op uit. Whitepass, het gebied tussen de grensposten van Canada en Alaska (VS), werd ons speelterrein. Feather Peak (1788m) werd onze picknickplaats en een tocht van 10km en net geen 1000 hoogtemeters werd de uitdaging. Met twee honden, Fido en Jon Snow, om ons te beschermen van de ontwakende beren trokken wij op pad. Vega bleef nog een dagje in de auto om haar pootjes te sparen.

Een prachtige tocht, een heerlijke klim, een fenomenaal uitzicht en dan kon het grootste plezier beginnen: de afdaling in vers poeder van de dag ervoor. Ja, het kan, zelfs eind april. We lachen op de top nog even met mijn goedkoop op de kop getikte ski’s waar niet eens een rem of een leash op hangt. “Als ge uw ski kwijtspeelt dan laat ik u achter”, lacht Miriam, “ik laat dat mijn afdaling niet beïnvloeden”.

Jon Snow op de top van Feather Peak, Whitepass.

Eerste wipe-out van de dag: Miriam die onderuit gaat. Alles goed, alles ok en we dalen verder af. Tweede wipe-out van de dag: Roelie die stevig onderuit gaat en na enkele tuimels tot stilstand komt. Wanneer ik mij rechtzet en pijnlijk over mijn nek wrijf, zie ik Miriam aan hoge snelheid van me wegskiën terwijl ze luid “Jon Snow! Fetch!” roept. Pas dan merk ik dat een van mijn ski’s is losgekomen en ja hoor, zonder rem of leash aan hoge snelheid naar beneden vliegt.

Ik sprokkel mezelf en mijn afgezwierde sneeuwbril bij elkaar en probeer hinkstapskiënd te volgen maar een groot succes is dat niet. Jon Snow heeft de ski helaas niet kunnen inhalen en Miriam haalt haar vellen al terug boven (de dingen die je onder je ski’s kleeft om grip te hebben tijdens de klim) om het gebied af te speuren naar de verdraaid goed gecamoufleerde lat.

Today we’re gonna ski like its 1999

Monoskiën, dat was populair in de jaren 90, toch? Na een uur zoeken vond ik het dan ook tijd om te bewijzen dat ik die jaren zeer actief heb meegemaakt (al had ik toen nog nooit van ski’s gehoord). Als een geoefende monoskiër (ahum) deed ik de rest van de afdaling. Wat ik daaruit heb geleerd:

  • Het is fenomenaal moeilijk om je evenwicht te bewaren als slechts één voet vasthangt. Vergelijk het met het gevoel dat een snowboarder heeft wanneer hij van een skilift stapt.
  • Mijn snowboardachtergrond hielp, maar toch ook niet om over naar huis te schrijven. (Hey! Dat doe ik bij deze toch!)
  • Als mijn nek al pijn deed door de oorspronkelijke totter, dan deden die andere zevenhonderd totters er niet veel goeds aan.
  • Als je constant je evenwicht moet bewaren in een zéér vreemde positie en dat voor meer dan vier kilometer, dan voelt het de dagen erna alsof je drie uur lang buikspieroefeningen hebt gedaan.

Een ski armer, maar wel een fenomenale dag en leerrijke ervaring rijker. Always look on the bright side of the mountain. Of zoiets.

What’s next?

Een trip van een maand door Yukon en Alaska met Belgisch gezelschap! Tessa, een al (minstens) even zotte, klimmende en reislustige wildebras als ik, doet “efkes gauw” een tussenstop in Canada voor ze aan haar eigen solo-avontuur in Nieuw-Zeeland begint. Dawson City (en ja, uiteraard moet zij de Sour Toe Challenge doen),Top Of The World Highway, Fairbanks, Denali, … Als er maar veel gewandeld, gekampeerd en geklommen wordt!

In juni kan ik terug aan de slag als kliminstructeur voor de avontuurlijke kinders hier met Equinox Yukon, dus tegen dan bevind ik me weer in Whitehorse’se contreien met voldoende tijd om ’s avonds nog steeds mijn  statuut als copywriter alle eer aan te doen.

En na de zomer? Dat valt allemaal te bekijken! Niets overhaast beslissen en de toekomst zal het uitwijzen. Genieten van de natuur en de trip, dat is prioriteit nummer 1.

 

2 gedachten over “De M van Moltenbajk en Monoski

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s